zondag 10 juni 2012

Gezinsleven - een normale dag - nooit saai

De dinsdag na Pinksteren (2012) moest er een afspraak worden gemaakt bij de huisarts. Dochterlief had al een week last van haar ribbenkast. Pijnstillers hielpen niet echt en bij de dokterspost waren we in het weekend afgewimpeld. Ze kon al nachten niet slapen van de pijn en ik beloofde de dokter te bellen vanaf mijn werk.

Gezinsleven - Help, we kijken voetbal

Laat ik vooropstellen – voor wie het nog niet weet – dat ik echt helemaal niets met voetbal heb. Ik vind het minstens zo erg als carnaval. Toen ik voor de derde keer zwanger raakte, wist ik direct dat het een jongen zou zijn, vanaf de conceptie zullen we maar zeggen. Bij bevestiging van zijn geslacht bij de 20-weken echo besloot ik dat hij NIET ging voetballen. Hij moest maar gaan tennissen of desnoods hockeyen. Mijn voormalige vriendjes en uiteindelijk echtgenoot waren immers bewust geselecteerd op niet-geïnteresseerd-zijn-in-voetbal en al-helemaal-niet-in-EK’s/WK’s.

Wat deden we gisteravond? Juist, we keken naar Nederland-Denemarken. Wat is er misgegaan naast het feit dat Nederland verloor?

Het eerste wat zoonlief deed, zelfs voor hij kon lopen, was tegen een bal aan trappen. Hij bleek een voetbalfanaat in hart en nieren. Hij bleek nog goed ook. Gelukkig was hij minstens zo goed in tennis (waar hij overigens zelf om begon te zeuren met “mama, ik wil tennissen”). Uiteindelijk moest hij kiezen tussen tennis en voetbal omdat het niet meer te combineren.

Gisteren leek het wel carnaval bij ons in de straat. Voor 10 uur stond bij de Albert Heijn aan de overkant de muziekinstallatie al op vol volume. Alhoewel de ingang van de winkel om de hoek van het gebouw zit, zorgde de wind er voor dat de herrie bij ons terecht kwam. De hele dag schalden de voetbalkrakers door de lucht en hielden we ramen en deuren gesloten. Ik kon niet anders hopen dan op een spoedige uitschakeling van onze Nederlands elftal.

Kort voor aanvang van de wedstrijd kwam zoonlief beneden in zijn WK-tenue van twee jaar geleden. De 10 van zijn leeftijd van destijds pronkt voorop, zijn naam achterop. Ik herinner me nog hoe hij met gekneusde knie in een drukverband (resultaat voetbalkamp) en ik met gescheurde enkelbanden met hem op de bank lag. Hij met een Vuvuzela.

Op de Vuvuzela blazen als Dizzy Gillespie





Martijn zijn gekneusde knie, maar ik scheurde mijn enkelbanden
De bloeduitstortingen waren spectaculair
(binnenkant zag er net zo uit).

Toen bleek dat Oranje toch wel erg ver ging komen bij het WK, ging ik overstag. Hij mocht hij een WK-tenue kopen van zijn spaargeld. Hoe groot het drama toen was bij het niet bereiken van de eerste plaats. Huilen, schreeuwen, schelden, alles hoorde erbij. Het tenue liet hij gelukkig heel.

Gisteravond vroeg ik hem of hij nu niet een EK-tenue nodig had en dan met een 12 erop. Twee jaar ouder en behoorlijk wijs bedacht hij dat hij, nu hij niet meer voetbalt, zo’n tenue eigenlijk niet nodig heeft. Een 12 zou er overigens niet op moeten staan. Het zou een 7 moeten zijn, want dat is zijn geluksgetal. Waar zou hij het aan moeten doen, niet naar de tennisbaan. Dat is duidelijk. Toen ik vroeg of hij later als hij misschien een zoon zou krijgen voor hem ook een tenue zou aanschaffen, was hij snel met zijn antwoord. Niet alleen zijn zoon krijgt er dan een, hijzelf toch zeker ook. Maar het zou niet bij een tenue blijven. Samen pakken ze dan een vliegtuig en gaan ze naar de toekomstige wedstrijdlocatie om de wedstrijden even bij te wonen.

De geschiedenis is inmiddels geschreven. Nederland verloor van Denemarken met 0-1. Verloren van de ‘zwakste’ uit de pool. Zoonlief was boos, hysterisch. Van Persie en de scheids kon hij wel wat aandoen. Vooral na die niet toebedeelde penalty na een niet-door-de-scheids-opgemerkte-hands. Hij wilde zelfs een oud tennisracket kapot slaan. Ik stelde voor om een voetbal kapot te maken, meer in lijn van de sport. Uiteindelijk bedaarde hij en klaar, dacht ik. Maar nee, nu komen de historische verhalen. In 1988 gebeurde hetzelfde. Toen verloor Nederland ook de openingswedstrijd en werden ze verdorie nog Europees Kampioen ook.

Niet alleen zoonlief bleek naar het voetbal te willen kijken. Natuurlijk kijkt manlief ook opeens wel naar voetbal zodra het zogenaamd belangrijke wedstrijden zijn. Jongste dochter kwam er ook bij. Oudste dochter wil liefst zelf gaan voetballen. Ze heeft het nog nooit gedaan en nu ze al naar de 16 gaat, is het ook wel een beetje laat om nog te beginnen.

Ik voel me een beetje belazerd. Een beetje 1 tegen 4. Misschien had ik het voetbal contractueel moeten verbieden in huis. Een geluk dat de wedstrijd niet vandaag is. Vandaag is het mijn dag: de finale van de heren op Roland Garros. Nu maar hopen dat Djokovic NIET wint. Want over een ding zijn zoonlief en ik het eens. Go Rafa.

vrijdag 8 juni 2012

Gezinsleven - Rust - Zondagochtend vroeg

Vorig jaar (2011), het was zondagochtend en rond 6.45 uur of misschien nog wel een uur eerder. We werden wakker geschreeuwd door een krolse poes en haar aanbidder onder ons raam. De hele winter was het raam ’s nachts dicht gebleven vanwege de kou. Maar nu de temperatuur zachtjes aan ophoog ging, had ik – in de hoop ’s morgens wakker te worden gefloten door wat spelende vogeltjes – het raam opengelaten. De vogeltjes maakten ons niet wakker, het waren hun aartsvijanden die het werk overnamen.

Manlief probeerde nog met een woeste blaf de hitsige “tortelduifjes” weg te jagen maar die stoorden zich nergens aan.

Om 7.45 uur snel mijn bed uit voordat de begane grond weer bezet zou worden door zoonlief. Die nam dan de bank in beslag, zette de tv aan en keek dan naar zijn geliefde en door mij zo verfoeide nagesynchroniseerde jeugdseries. Het lijkt wel of ze in die series alleen maar kunnen schreeuwen. Tegenwoordig slaapt hij – als hij de kans krijg – een gat in de dag.

Mijn ideale zondagochtend ziet er anders uit. Manlief verwijt mij regelmatig in het verleden te leven maar waarom is er iets mis met herinneringen?

De zondagochtenden bij ons thuis waren als volgt. Als ik om een uurtje of 8.30 beneden kwam, zat papa aan de ontbijttafel en mama lag nog in bed. Zondag was de enige dag waarop ze, naarmate wij ouder werden, wat langer bleef liggen. De tafel werd ’s avonds al gedekt en de roomboter kwam uit de kast. Op zondag smeerde papa dit romige goedje op zijn beschuitje, waar vervolgens zorgvuldig suiker overheen gestrooid werd – vooral niet teveel verspillen. De beschuit werd vervolgens zorgvuldig in partjes gesneden en weggespoeld met een kopje sterke thee. De roomboter mocht bij het opruimen van de tafel vooral niet in de koelkast want dan werd deze veel te hard en on-smeerbaar. Als ik beneden kwam stond de thee al onder de theemuts te trekken. Slappe thee kon niet, er moest goed getrokken worden tot er een waas overheen lag en deze voor mij niet meer drinkbaar leek. Ik maakte dan vervolgens thee voor mijzelf en voor als mama naar beneden zou komen.

Zondagochtend stond gelijk aan “het moment voor papa”. Nu luisterde hij altijd wel naar muziek (klassiek was het enige ware) maar overdag stond de radio meestal niet aan. Op zondagochtend echter wel. Radio 4 bestond nog niet maar er werd vast wel muziek gedraaid. Tussen de muziek en het gepraat door volgden op een bepaald moment de waterstanden. Dat was voor mij en later ook voor mijn zus het hoogtepunt van de ochtend met papa aan tafel. Met een monotone stem werden vervolgens plaatsnamen en hun waterstanden voorgelezen. Onder grote hilariteit (we hoefden niet stil te zijn) gokten wij dan wat de hoogte of laagte van het water zou zijn, bijv. “Lopik” … en dan was het altijd net lang genoeg stil om iets te roepen en riepen wij bijv. “15 meter” of “min 2 meter”. Gillend van de lach en overtuigd dat we helderziende waren als zo’n getal vervolgens werd voorgelezen.

Nadat ik jarenlang de zondagochtenden in bed heb doorgebracht en uitslapen “je van het” was, veranderde dit met de komst van onze kinderen. Alle dagen waren ze vroeg wakker en wij dus ook. Nadat ze groter werden, begon weer het genieten van het langer blijven liggen; de kinderen waren immers zelfstandig genoeg om naar beneden te gaan. We hoefden niet bang te zijn dat ze het huis zouden afbreken of zoals mijn grote broer vroeger zouden proberen of het papier onder de kerstboom wel kon branden. Ze zouden gewoon iets te eten en te drinken te pakken en lekker tv gaan kijken. We hoeven voortaan pas naar beneden als de ruzies losbraken en deze gesust moesten worden. Wij hadden vele uren gemiste slaap in te halen.

Er zijn ook tijden geweest dat ik op zondagochtend ging sporten. Lekker even naar de sportschool, de boel de boel laten en even uitrazen. Maar ja, als ik dan thuiskwam, lag de boel nog steeds de boel te zijn en was het gedaan met de rust in huis. Met een beetje geluk was manlief dan wel uit bed of stond hij onder de douche maar ja, dan was het ook al bijna 12.30 uur.

Sinds ik weet dat ik ADHD heb lijkt alles anders. Ik begin wat prikkels te herkennen. Het vroege wakker worden is er bij mij niet meer uit te slaan, als ik wakker wordt van de eerste vogels, of deze zondag een krolse poes, dan ben ik wakker en blijf ik dat eigenlijk ook. Af en toe zak ik wel weg, maar de gedachten beginnen wel door mijn hoofd heen te racen van wat er allemaal nog moet gebeuren.

< De droger zit nog vol, zal nu wel een piskreuk zijn (’s avonds vroeg naar bed gegaan – het werd te druk beneden. Ik zocht wat rust boven met een muziekje en viel in slaap waarna manlief de lichten en cd-speler uitzette). >

< De wasmachine moet weer gevuld worden (de kinderen komen ondanks vele verzoeken vaak toch pas in de loop van de zaterdag met hun vuile was en beddengoed aanzetten. Daardoor blijft er voor de zondag nog genoeg over. Bovendien heb ik een groot deel van de zaterdag boven doorgebracht omdat ik toch wel wat van American Idol seizoen 2011 wilde meekrijgen – en ITV ontvangen we alleen boven op de satelliet). >

< De aanbouw ligt vol met schone droge was die opgevouwen en soms ook nog eerst gestreken moet worden. Gelukkig niet te veel strijkwerk met dank aan het wonderbaarlijke anti-kreuk/ ontkreukingsprogramma van onze megadroger. Deze hebben we voor de helft van de prijs en z.g.a.n. via marktplaats op de kop getikt - zou die dan toch “van de vrachtwagen gevallen zijn?”. >

< De belastingaangifte moet ook nog steeds gedaan worden en het is al half maart. Als het niet lukt, moeten we nog hulp inschakelen. Maar in ieder geval moet dan ook manlief uit bed komen, ga het echt niet alleen doen – stilletjes hoop ik dat hij voorlopig nog in bed blijft want dan kan ik langer muziek luisteren want hij gruwelt ervan.>

Als ik in bed blijf liggen, ga ik malen en denk ik alleen maar aan alles wat nog gedaan moet worden en klaar zou kunnen zijn als ik er maar uit zou gaan. Blijf ik liggen, dan ben ik de rest van de dag zeker humeurig en gefrustreerd vanwege alle verloren tijd en alles wat toch nog steeds moet worden gedaan. Bovendien is dan mijn enige kans op rust en muziek verkeken want dan ligt zoonlief op de bank.

Nu ben ik dus als eerste beneden en ga niet zoals papa aan de gedekte ontbijttafel zitten. Die van ons is niet gedekt (is niet eens schoon – dus dat is de eerste taak die ik volbreng, tafel leeg, schoon en weer volladen met alles wat op de stoelen is gelegd en niet opgeruimd hoefde te worden. Stoel van dochtertjelief blijft vol – die spullen mag ze zelf opruimen.

Eerste kop koffie wordt redelijk koud tijdens het opruimen van de schone was (eerst strijkplank en de stoelen er om heen “leegvouwen”. Vervolgens worden wat strijkwerk en naaiklusjes verzameld. Natuurlijk staat de favoriete muziek al aan. Eerst de Mattheuspassie en daarna de Johannes variant. Het is immers bijna Pasen. Die passiemuziek is eigenlijk het hele jaar door mooi genoeg om continue te kunnen horen, maar dan lopen ze allemaal weg hier.

Zoonlief komt “te laat beneden” en ik verklaar de benedenverdieping als van mij en mijn muziek. Hij gaat “boos” terug naar boven waar hij zijn tv aanzet en zusje-lief wakker maakt die boos begint te roepen dat hij zijn deur dicht moet doen. Strijkend hoor ik een licht tikken in de bench van onze Boxer. Hij doet alsof hij slaapt maar zijn ADHD-staartje verraadt hem. Als ik kijk zie ik zijn oogjes schuin naar mij gluren “zo van, hoort ze het, weet ze nog dat ik er ben?”. Hij wil wat aandacht maar is toch de braaf en onderdanig om die op te eisen. Zijn staart doet dit voor hem. Ik geef hem een knuffel en kriebel wat onder zijn hangwangen. Tevreden snurkt hij verder.

Twee volle wasmanden met schone was later gun ik mij mijn derde kop koffie en kruip gauw achter de laptop voordat deze bezet wordt door manlief. Kan ik mooi nog even proberen te verwoorden welke herinneringen en gedachten mij achter de strijkplank door het hoofd hebben gespeeld. Inmiddels is zoonlief voor de tweede keer beneden verschenen. Het is bijna 9.45 uur en hij mag “zonder geluid” op de bank met de Xbox 360 aan.

Tevreden ben ik klaar voor een vierde kop koffie. Niet al te gezond, maar ik voel me lekker en relaxed. Hoe lang duurt zo’n gevoel bij een ADHD-er. Niet zo lang, oké maar dan kunnen we altijd weer naar boven voor vernieuwde rust als de rest beneden is.

Android phone tegen ADHD-chaos

Ruim een jaar geleden (2011) was ik zo verstandig een smartphone te bestellen. Los van het feit dat ik hem in die tijd wel drie keer heb moeten laten ophalen voor reparatie na 1) een fout afgelopen software-update, 2) steeds weer vastlopen en 3) het niet herkennen van de simkaart en geen bereik hebben, zou ik niet meer zonder mijn digitale geheugen kunnen. Sinds mijn smartphone is er veel veranderd. Het gebeurt niet vaak meer dat ik afspraken vergeet en als ik iets wil weten, zoek ik het op internet op, waar ik ook ben. Wat hierna beschreven staat, behoort dan ook tot de verleden tijd. Althans dat hoop ik. Het gaat goed zolang mijn HTC niet crasht.

Wanhopig word ik van alles wat ik vergeet, kwijt raak of niet meer terug kan vinden. Heb ik op een gegeven moment bedacht dat ik iets op een op dat moment volkomen logische plek opberg, kan ik me een week of wat later toch echt niet meer herinneren wat die logische plek toch ook al weer was. Of heeft manlief weer een nog logischer plek bedacht.

Met mijn ADHD-hoofd kan ik dan echt niet meer bedenken waar zoiets zich nu zal bevinden.

vrijdag 1 juni 2012

Spruitjes en klassieke muziek

Spruitjes moet je leren eten. Die vind je niet meteen de eerste keer lekker. Hetzelfde geldt voor klassieke muziek. Je moet er naar leren luisteren. Toen ik een jaar of 12 was, ontdekte ik ABBA en later John Travolta. Volgens mijn broer, Frank, kon het nooit goed komen met mij. Van der Graaf Generator en Frank Zappa, dat was hèt volgens hem.

Over klassieke muziek waren we het echter eens. Dat was herrie van papa en wij vonden het niets. Twee weken geleden zaten Frank en ik samen in het Scala van Milaan. We waren er speciaal naar toe gegaan voor een opera van Puccini. We gingen naar Tosca. Het kan verkeren, ook met de muziekkeuze.

Volgens Frank is er veel fout gegaan met mijn opvoeding. Hij gaf zichzelf daar deels de schuld van. Ik was amper 13 toen hij op kamers ging. Ik heb bijvoorbeeld nooit bier leren drinken, de lucht alleen al. Mijn muziekvoorkeur was volgens hem waardeloos.

Zotte avonturen - Shopaholic goes Milan

Het was al zeker vijftien jaar geleden dat ik voor het laatst in Milaan was. Ik kan me niet herinneren dat ik toen al die winkels heb gezien. In die jaren ging ik nog voor andere bezienswaardigheden. Kerken, musea, het laatste avondmaal van Da Vinci. Dat waren toen de dingen waarvoor ik in de rij stond. Mijn man hield me toen al wijselijk bij al die veel te dure winkels weg. De Galleria Vittorio Emmanuel II kan ik mij wel herinneren, maar van toen vooral de bonbons winkel. Geen euro rijker dan toen we nog in Italiaanse lires betaalden, had ik wat shoppen betreft nog altijd niets in Milaan te zoeken. Maar je vergapen aan al het moois in de Via della Spiga is helemaal niet verkeerd. Zolang je beurs maar in je tas blijft. Tot ik in de etalage van Moschino keek.


Zotte avonturen - Bucketlist

 
Twee weken geleden ergens rond middernacht (15 mei 2012) zat ik met mijn oudste broer op een terrasje in de Galleria Vittorio Emmanuel II. We waren zojuist naar de opera geweest in het Scala van Milaan. Frank zei dat we nu in ieder geval een onderwerp van onze Bucketlist konden afstrepen. Ik dacht aan mijn notitieboekje, ‘mijn Bucketlist’. Milaan stond er al op voordat ik bedacht dat ik naar ‘il Teatro alla Scala’ wilde. In ieder geval één droom is uitgekomen.

Eigenlijk was het complete naïviteit gecombineerd met waanzin. Een spontaan idee om een bezoek aan het Concertgebouw in Amsterdam te overtreffen, werd realiteit. In januari stuurde ik een mailtje naar Frank met de vraag of hij met mij naar het Scala wilde. Toen op 22 februari om 9.00 uur de voorverkoop van Puccini’s Tosca van start ging, begon ik driftig te bellen naar Milaan. Vanwege de rolstoel van Frank was telefonisch reserveren de manier. Uiteindelijk, na veel doorverwijzingen en een paniekaanval dat ik achter het net zou vissen, kreeg ik de juiste persoon aan de lijn. Hij noteerde mijn naam en telefoonnummer en daarmee was het geregeld. Vanaf de volgende dag konden de kaartjes worden opgehaald. Ik vroeg nog of het geen probleem was dat dit pas half mei zou gebeuren omdat we vanuit Nederland moesten komen. Dat bleek geen probleem. Met een “No signora, that will not be necessary” vernam ik dat zelfs een schriftelijke bevestiging niet nodig was. Ik had mijn twijfels. Ik heb het graag zwart op wit, zeker bij een reis naar Milaan van meer dan 900 kilometer. Omdat ook mijn echtgenoot aandrong op een bevestiging waagde ik er nog een email- en faxbericht aan. Antwoorden bleven echter uit.

Het aftellen begon en ik ging op zoek naar de juiste outfit. Toen ik mijn zus vertelde dat ik een jurk zocht, kwam zij met een stapel galajurken. Op het werk heeft zij galakleding voor de verhuur. ‘Mijn jurk’ zat erbij, alsof deze speciaal voor de gelegenheid gemaakt was in precies dezelfde kleur als het interieur van het Scala. De schoentjes kwamen van Zalando. Met mijn dochters heb ik staan gillen toen de doos werd afgeleverd, geheel in stijl met de Zalando reclame op tv. Vervolgens had een collegaatje het perfecte, bijpassende tasje. Ik was klaar om te gaan. De weersvoorspellingen waren ideaal. In Nederland regende het, het leek wel najaar. Maar in Milaan, daar zou het 24 graden zijn. Daar deden we het voor met of zonder bevestiging dat de toegangskaarten klaar lagen bij het Scala. In stilte vroeg ik mij af - ik durfde het niet hardop te zeggen uit angst dat het hele uitstapje zou worden afgeblazen - waar ik die kaartjes ook alweer moest ophalen. Dat was in de opwinding niet bij mij doorgedrongen, was dit nu bij het Scala zelf of bij de Central Box Office? Ik hield mijn vragen voor mij.

Zondag 13 mei vertrokken we al vroeg. Met slechts twee korte (dubbele espresso) onderbrekingen en muzikale ondersteuning van onder andere Maria Callas en Cecilia Bartoli reden we naar Milaan. We luisterden ook naar Dietrich Fischer Dieskau, een grote favoriet en leeftijdgenoot van onze vader. Deze bariton overleed de dag na onze terugkeer. In mijn gedachten zingt vader nu samen met zijn grote helden en heldinnen in het‘hemelkoor’.



Diezelfde avond nog waren we op de Piazza del Duomo waar een live concert aan de gang was vanwege de overwinning van Juventus op AC Milan. Het was nog rustig maar even later kon je over de hoofden lopen. De carabinieri waren aanwezig maar niet zoals je dat in Nederland zou meemaken. Hier zou de ME er aan te pas moeten komen. In Milaan was het feest, agenten stonden gezellig te kletsen.

De volgende dag zouden we de kaartjes ophalen. Dat kon tussen 12.00 en 18.00 uur. Ruim de tijd om wat leuks te doen. Het werd een rondrit om het Lago di Maggiore. Een van de mooiste plekjes op aarde, ik weet het zeker. Ik ben er al verschillende keren geweest maar de schoonheid van al die dorpjes en dat prachtige meer met die imposante eilandjes benemen je steeds weer de adem. Als de zon over het meer schijnt met in de verte de besneeuwde bergtoppen, dan valt er weinig meer te wensen. In Cannobio genoten we van een decadente lunch met goede wijn op een terrasje in de zon. Dan vraag je je wel af, hoe je een paar dagen later weer in het gewone leven moet terugkeren.


 

Terug in Milaan begon de speurtocht naar de kaartjes. Het adres van de Central Box Office bleek onvindbaar. Het was op de Piazza del Duomo maar zelfs de carabinieri wisten het niet. Als ik sprak over kaartjes voor het Scala werden we naar het Scala gestuurd. Maar het theater was dicht. Op de Piazza del Duomo kon je wederom over de hoofden lopen vanwege alweer een live concert waarbij de artiesten net onder luid gejuich werden binnengehaald.
De trappen waar de Central Ticket Office was, bleken afgesloten. Mijn vertaalfoutje bracht ons weer terug naar het theater zelf (‘altre scale’ betekent namelijk ‘andere trappen’ en niet dat je naar het Scala moet). De Scala winkel was open. Daar bevestigde de medewerker dat de kaartjes inderdaad bij de Central Box Office moesten klaarliggen. We hadden nog tien minuten voor sluitingstijd. Uiteindelijk bleek het kantoortje verstopt te zijn in het ondergrondse metrostation onder de Piazza del Duomo. Bij een andere metro-ingang vloog ik de trappen af, mijn broer bleef boven. Ik rende het station door en vroeg de weg. Al vragend werd ik de juiste kant opgestuurd en twee minuten voor sluitingstijd rolde ik zo ongeveer de Central Box Office binnen. Toen ik even later aan de beurt was, vertelde ik dat ik een reservering voor Tosca had voor een invalide en begeleider voor de volgende dag. Ik voegde er aan toe “I hope”. De man achter het loket rammelde wat op zijn toetsenbord en zei één woord “Vanderpeet”. Dat was mijn meisjesnaam, aan elkaar geplakt. “Si!” riep ik. Ik betaalde en draaide me om. De deur achter mij bleek op slot en via een zij-ingang mocht ik naar buiten.



 




Het Scala was geweldig. Voorafgaand aan de opera verzamelt men bij de Cafetteria alla Scala, het theatercafé. Daar eet men een schaaltje risotto en spoelt dit weg met Prosecco. Een schaal met dampende risotto werd midden in het café geplaatst op een serveerwagentje met zilveren koepel. De kok serveerde ter plekke. Wie geen zitplaats had, bleef staan.

Voor de opera en het Scala zelf zijn geen woorden. Ik voelde me als een prinses. Het was een hoogtepunt dat niet kan worden geëvenaard. Hooguit met een bezoek aan de Metropolitan Opera in New York of de Arena van Verona ... of niet?